Het belang van sport in onderwijs
Sport en onderwijs; twee handen op een buik
Sport is vaak maar een klein onderdeel van school; zeker op het middelbaar gaat het aantal sporturen snel omlaag. Dat het belangrijk is dat kinderen en jogneren sporten blijkt uit talloze onderzoeken en ook uit de praktijk. Kijk maar naar Noorwegen; daar is een kind gemiddeld 60 minuten per dag bezig en op de vorige Olympische Winterspelen won Noorwegen een record aantal medailles.
Die medailles zijn natuurlijk ook mogelijk gemaakt door het feit dat Noorse kinderen na schooltijd veel sporten. Dat moet natuurlijk ook niet worden vergeten. Het toont in ieder geval aan dat sport en onderwijs belangrijk zijn. In dit artikel gaan wij dieper op de band van sport en onderwijs in.
Waarom het vak ‘lichamelijk onderwijs’ belangrijk is
Uit diverse onderzoeken blijkt, dat degene die sporten beter leren. Het doen aan sport zorgt voor de ontwikkeling van zelfdiscipline en het werken naar een doel. Dit kan helpen met het behalen van betere resultaten op school. Daarnaast is het ook heel gezond en zorgt het voor binding met je klasgenoten! Je leert elkaar door sport beter kennen – en uiteindelijk ook jezelf. Het doel van sport in het onderwijs is anders op de basisschool dan op het middelbaar.
Op de basisschool is sport vooral belangrijk om te ontdekken; waar ben ik goed in? Wat vind ik leuk? Het is ook belangrijk veel verschillende sporten uit te proberen en te kijken wat het beste bij je past. Op het middelbaar is vooral de volgende stap; ga ik echt voor de sport en ga ik voor competities of blijk ik het als een leuke hobby houden? Voor sommige is competitie een weg naar een nieuwe carrière, voor vele een leuke manier om wat extra geld te verdienen.
Daarom is het eigenlijk net zo belangrijk om het MBO, HBO en WO te zorgen dat de studenten blijven sporten. Vaak schiet de sport er in deze levensfase bij in, terwijl het juist belangrijk is hier de balans te vinden. Dan blijf je als volwassenen ook aan sport doen en behoud je erg lang een gezonde levensstijl.
Bewegen en sport als hoofdpunt
Wie sport, heeft een lagere kans op diabetes, overgewicht en depressie. Het helpt met het ontwikkelen van sociale vaardigheden en je kunt er zelfs beter van gaan leren. Het vergroot ook het zelfvertrouwen en daardoor zit je lekkerder in je vel. Daarom alleen al zou sport een belangrijk vak op school moeten zijn. Na schooltijd is het dan ook belangrijk om genoeg beweging te krijgen; een gezond leven is vaak de goede gewoontes hebben. Dat begint allemaal op school.
Er zijn talloze initiatieven om kinderen aan het sporten te kijken en daar moeten de ouders natuurlijk ook hun steentje mee bijdragen. Want sportende ouders zijn natuurlijk bij uitstek het beste voorbeeld voor kinderen om te volgen. Sportclubs moeten ook actief met scholen aan de slag gaan om bekend te zijn. Zo zijn ze makkelijker te vinden en kunnen kinderen makkelijker snuffelen. Dan kunnen ze sneller en makkelijker ontdekken wat bij hun past.
Samen werken wij aan een betere toekomst. Dat kan door sport beter met onderwijs samen te laten komen. Er zijn veel initiatieven van NOC*NSF, die proberen kinderen te laten sporten en het is dan belangrijk dat de school en ouders ook meedoen. Een goed voorbeeld doet goed volgen – het spreekwoord is natuurlijk op iets gebaseerd. Dat is dus het belang van sport in het onderwijs.